De oudste basisschool van Nederland

De oudste basisschool van Nederland

Wie ‘de Voorweg’ binnenstapt, voelt het meteen: dit is niet zomaar een school. Dit is een school met een verhaal. Met een geschiedenis.

En inderdaad.

De Voorwegschool is de oudste basisschool van Nederland. Opgericht in 1630, al bijna vier eeuwen oud. Om een idee te geven: Rembrandt werd dat jaar 24 en het zou nog 12 jaar duren voordat hij de Nachtwacht afrondde, Engelse kolonisten stichtten de stad Boston aan de overkant van de oceaan, en de bouw van het Indiase megamausoleum Taj Mahal begon. Zo lang is het geleden.

De muren van de school hebben veel lief en leed gezien.

Het is bijna niet voor te stellen hoe het er hier, precies op deze plek, vroeger aan toeging. De buurman is nog steeds dezelfde, dat wel: de Oude Kerk. Wat natuurlijk al een deel van het verhaal verklapt. Want de Voorwegschool mag dan tegenwoordig een onafhankelijke, moderne school zijn, aan het begin van de 17de eeuw bepaalde de hervormde kerk wat hier gebeurde (en vooral wat er niet mocht gebeuren).

Het grote huis

De feitelijke bedenker van de school, Adriaan Pauw, ligt begraven in de kerk. Hij was een machtige man in Heemstede/Bennebroek: als ambachtsheer oefende hij het hoogste plaatselijke gezag uit. Hij liet een kerk bouwen en daarna een pastorie en een school ernaast. Het geld dat hij daarvoor nodig had, haalde hij uit extra belastingen, bijvoorbeeld op de verkoop van panden, maar ook uit de accijns op bier.

De bijnaam van de school was toen nog ‘het grote huis’, want dat was het ook eigenlijk wel. De school bestond uit één lokaal plus nog een kamer waarin de schoolmeester woonde. Hij had het druk, want het was gebruikelijk dat de meester ook koster, klokkenluider, schoonmaker, collectant, stovenzetter, voorzanger en doodgraver was. Zijn connecties met de kerk legden vaak meer gewicht in de schaal dan zijn onderwijskundige kwaliteiten.

Het was de bedoeling dat de kinderen binnen twee jaar konden lezen en schrijven. En ook de psalmen van David behoorlijk konden zingen. De meester had op zijn hoge lessenaar zowel psalmboek als bijbel altijd binnen handbereik, en niet te vergeten de roe en het stuk palmhout waarmee hij de kinderen kon straffen. Ook zonder lijfelijke straf (slagen op de hand of het achterwerk) hadden de leerlingen het niet echt makkelijk: ze zaten de hele dag op lange houten banken zonder leuning. Schoolborden of kasten waren er niet.

Alt Text

Blekerijen

Beetje bij beetje is de Voorwegschool een openbare school geworden. Aanvankelijk waren de paar honderd inwoners van Heemstede voornamelijk protestant-christelijk. En dus ook de leerlingen. Later, toen Heemstede en Bennebroek verder groeiden vooral dankzij de opkomst van de linnenblekerijen, kwamen er ook meer katholieken.

De beschikbare gegevens zijn niet volledig, maar vermoedelijk zaten er in de 17de en 18de eeuw gemiddeld pakweg zestig à tachtig leerlingen op de Voorwegschool. Wie niet genoeg vorderingen maakte kon overigens vertrekken. In de archieven worden voor de periode 1630-1795 zeventien hoofdmeesters bij naam genoemd, allemaal mannen. Voor vrouwen was er toen enkel nog plaats op de zogeheten kleinkinderschool, de voorloper van de kleuterschool.

Eind 18de eeuw veranderde alles, want toen kwamen de Fransen aan de macht. Ook in Heemstede. Wat betekende dat er geen plek was voor ambtenaren die te Oranjegezind waren of zich niet duidelijk genoeg achter de Bataafse republiek of daarna het Bataafse Gemenebest schaarden. De Fransen parachuteerde vanuit het niets een 18-jarige jongen die net klaar was met de kweekschool tot schoolhoofd: Abraham Harrebomée. Hoe opportunistisch dat ook was, hij zou meester blijven tot ver nadat de Fransen alweer waren vertrokken. Hij werkte 54 jaar op de school, voor zover kan worden nagegaan een absoluut record.

Klassikaal

Dit waren ook de decennia waarin het onderwijs strakker werd geregeld. Eerst was er de Onderwijswet van 1806: daarin stond bijvoorbeeld dat leraren voortaan klassikaal moesten lesgeven in plaats van alle leerlingen afzonderlijk steeds opdrachten te geven. Ook waren ze verplicht zowel de maatschappelijke als christelijke waarden te onderwijzen. Een halve eeuw later, in 1857, kwam er een schoolwet die de eisen aan het onderwijs en ook de gebouwen verder aanscherpte. Onderwijs op basis van godsdienst was nog steeds toegestaan, maar alleen de openbare scholen (zoals de Voorwegschool) werden betaald uit de overheidskas.

De school raakte inmiddels aardig op leeftijd. Het oorspronkelijke gebouw was in verval geraakt. Zo erg zelfs dat een tijdelijke verhuizing nodig was. Tussen 1818 en 1842 is lesgegeven aan de Achterweg. Aanvankelijk was het plan zelfs om het hele pand aan de Voorweg te slopen, maar dat is niet doorgegaan. Voor 9.350 gulden is het oude pand gerenoveerd. De ‘nieuwe’ school had overigens nog steeds maar één lokaal. Wel was er een afscheidingswand gebouwd. Wat op z’n zachtst gezegd dringend nodig was: inmiddels zaten er meer dan 150 kinderen op school.

Aan de overbevolking kwam een eind in 1882. De hoofdmeester van toen, mijnheer Staal, kreeg de gemeenteraad zo ver om te investeren in uitbreidingen. Er kwamen zeven lokalen bij – en zo kreeg het oude deel van de Voorwegschool het uiterlijk dat we ook nu nog ongeveer terugzien. Eind negentiende eeuw telde de school een kleine vierhonderd leerlingen. Daarna zette een sterke daling in, vooral doordat veel ouders kozen voor de nieuwe (katholieke) scholen. In 1915, toen de Eerste Wereldoorlog in volle gang was, viel de Voorwegschool zelfs even terug tot 82 leerlingen.

Wilhelmus

Er is maar weinig specifieks bekend over de school tijdens de oorlogen. In de Eerste Wereldoorlog heerste een tekort aan brandstof, er kon maar vier dagen per week les worden gegeven, het verzuim was hoog. En na de oorlog brak de Spaanse griep uit, die aan tientallen Heemstedenaren het leven kostte.

Over de schooljaren in de Tweede Wereldoorlog zijn slechts flarden te vinden. Twee leerlingen zijn op de Cruquiusbrug geraakt door granaatscherven. En meester Thurkow bood zijn eigen vorm van verzet tegen de Duitsers: hij liet de leerlingen luid het Wilhelmus zingen en het oer-Hollandse ‘Waar de blanke top der duinen’.

Trots

Het is bijna niet voor te stellen dat dit allemaal gebeurde in het gebouw dat nog steeds dezelfde school huisvest. Talrijke renovaties en uitbreidingen doen daar niets aan af. In 1972 kregen lokalen aparte werkruimten erbij omdat er naast de klassikale lessen ook behoefte was aan individuele benadering. De hal werd gemeenschapsruimte – wat tot de dag van vandaag zo is gebleven. In 2000 en 2001, toen er al ruim 370 jaren op de teller stonden als we de jaren aan de Achterweg meetellen, gingen acht nieuw gebouwde lokalen open. Die staan nog steeds en zijn vol in gebruik. De leerlingenpopulatie gaat inmiddels weer richting de driehonderd, met het aantal teamleden van rond de 25.

Het is deze geschiedenis die het hele team van de Voorwegschool, jong en iets minder jong, met zich meedraagt. Met trots. Het is wat je voelt als je binnenstapt: de Voorwegschool, tegenwoordig een moderne school die zelfs als een van de eerste in Nederland digitale middelen introduceerde in de lessen, heeft iets. Het is een combinatie. De locatie, het gebouw, de eeuwenlange ontwikkeling, en vooral ook wat de geschiedenis heeft meegegeven: de wens er niet te zijn voor een selecte groep, maar juist voor iedereen.

De buurman is
nog steeds dezelfde,
dat wel: de
Oude Kerk.